Begrippen deel 3

29-01-2015 10:23

Verzadigd: Een mengsel waarbij de maximale hoeveelheid van een stof is opgelost.

Moleculen: Een geelklein deeltje van een stof dat eigenschappen van die stof heeft. Alees bestaat uit moleculen, moleculen bestaan uit atomen.

Protonen:Een protoon is een deel van een atoom.

 Cohesie: Cohesie is de aantrekingskracht tussen moleculen van dezelfde soort.

Capillairen: Als een vloeistof door een buis omhoog beweegt.

Mengsels: Een combinatie van twee of meer stoffen.

Beginstoffen: De stof waarmee je behint, er is nog niks aan gedaan.

Chemische reactie: Als twee (of meer) stoffen veranderen door get verbinden van de atomen.

Gas in vaste stof: (Rijpen). Als een gas in een vaste stof verandert.

Faseovergang: Er zijn 3 fasen (gas, vloeistof, en vast. Denk aan water: waterdamp, water en ijs). Als een stof van het een naar de ander gaat is get een faseovergang.

Condenseren: Defaseovergang van een gas naar een vloeistof.

Sublimeren: De faseovergang van een vaste stof naar een gas.

Smelttraject: De temperatuur waarbij een vaste stof naar een vloeistof verandert.

Temperatuurlijn: Een diagram waarbij de kookpunt (of smeltpunt) van een stof wordt weergegevn.

pH=8-14: Als een stof een pH heeft tussen 8 en 14 is een basis.

 

L