Begrippen deel 3
Verzadigd: Een mengsel waarbij de maximale hoeveelheid van een stof is opgelost.
Moleculen: Een geelklein deeltje van een stof dat eigenschappen van die stof heeft. Alees bestaat uit moleculen, moleculen bestaan uit atomen.
Protonen:Een protoon is een deel van een atoom.
Cohesie: Cohesie is de aantrekingskracht tussen moleculen van dezelfde soort.
Capillairen: Als een vloeistof door een buis omhoog beweegt.
Mengsels: Een combinatie van twee of meer stoffen.
Beginstoffen: De stof waarmee je behint, er is nog niks aan gedaan.
Chemische reactie: Als twee (of meer) stoffen veranderen door get verbinden van de atomen.
Gas in vaste stof: (Rijpen). Als een gas in een vaste stof verandert.
Faseovergang: Er zijn 3 fasen (gas, vloeistof, en vast. Denk aan water: waterdamp, water en ijs). Als een stof van het een naar de ander gaat is get een faseovergang.
Condenseren: Defaseovergang van een gas naar een vloeistof.
Sublimeren: De faseovergang van een vaste stof naar een gas.
Smelttraject: De temperatuur waarbij een vaste stof naar een vloeistof verandert.
Temperatuurlijn: Een diagram waarbij de kookpunt (of smeltpunt) van een stof wordt weergegevn.
pH=8-14: Als een stof een pH heeft tussen 8 en 14 is een basis.
L